Ode aan de Minne
Ik wilde mijn leven
wijden aan de Minne
Ik wilde haar kénnen
van buiten én van binnen
Ik was overmoedig
of verrekte dóm
Nu maak ik beelden
mijn woorden zijn stom
Éen ding wil ik wel kwijt over haar:
Dat wie haar wil dienen
Álles verliest
wat voor deze wereld van waarde is
Haar grootste schoonheid
is de diepste afgrond
De scherpste wonden
tonen haar liefste ding
In armoede vind je
haar rijkdommen
In eenzaamheid zingt zij
haar hoogste lied (voor jou!)
En tóch is er
in deze wereld
NIETS
van groter waarde
dan één moment met haar
daarom:
Wil ik haar bekoren
hoé zij ook zij
zachtmoedig of wreed
‘t is eender voor mij
Naná 2013
Stairway to Heaven
brons, unicum, 2012
90 bij 90 cm (grondplaat); “trap”: 90 cm breed, 200 cm hoog
Dit werk is geïnspireerd op “Les Portes d’ Enfer” van Rodin (de Hel of Inferno van Dante) en verbeeldt op haar beurt het topje van de Louteringsberg (Purgatorio) en de opgang naar het Paradijs (Paradiso).
Het gedicht is een vrije bewerking van het Dertiende Mengeldicht van Hadewijch (1200-1250).